Vindingrijk

Een van de fraaiste staaltjes van vindingrijk­ heid en improvisatietalent spreidt de ETD (ElektroTechnische Dienst) ten toon, wan­ neer op een goede dag een van de twee pompen van de PM 5 (Papiermachine 5) geen water meer le­vert. De machine wordt stopgezet en de boel wordt doorgemeten.

Al snel komt men tot de conclusie dat er sprake moet zijn van een kabelbreuk tussen de fabriek en de pomp op de Tweede Dwars­weg. Constateren is een, maar het vinden en herstellen van die breuk is heel wat anders. Je kunt moeilijk het hele traject met een graafmachine opengooien om zo de breuk op te sporen en te repareren.

Het is uiteindelijk Ge Theunissen die met de oplossing van het netelige probleem komt. De oude transistorradio uit het kantoortje van een van de ploegbazen wordt aangeslo­ten op de elektrische kabel. Men slaagt er om aan het oude apparaat een fluittoon te ontlokken, naar voorbeeld van de vooroor­logse Mexicaanse Hand van Hilversum.

Vervolgens kruipt Ge, de plattegrond met daarop de leiding In de hand, met zljn oor vlakbij de grond, rlchting de Tweede Dwars­weg. Op het moment dat hlj de Willem Boyeweg passeert, wordt hij opgemerkt door een jongetje, dat achterop de fiets van zljn moeder troont.
‘Waarom krulpt die meneer daar?’ vraagt het jong.  Waarop de assistent van Ge antwoordt: ‘Nlet op letten mensen, ze kornen hem zo opha­lenI’ Hilarltelt aloml  Maar hilarltelt of niet: een half uurtje later Is de breuk opgespoord en nog eens een half uurtje later gerepareerd.

Twee uur nadat de PM 5 tot st11stand Is ge­komen, draalt hij dan ook weer brommend aan.